Technische gegevens
Digitale laserafstandsmeter | PLR 50 C |
---|---|
Productnummer | 3 603 F72 2.. |
Afstandsmeting | |
MeetbereikA) | 0,05–50 m |
MeetnauwkeurigheidB) | ±2,0 mm |
Algemeen | |
GebruikstemperatuurC) | –10 °C … +50 °C |
Opslagtemperatuur | –20 °C … +70 °C |
Relatieve luchtvochtigheid max. | 90 % |
Max. gebruikshoogte boven referentiehoogte | 2000 m |
Vervuilingsgraad volgens IEC 61010-1 | 2D) |
Laserklasse | 2 |
Lasertype | 635 nm, < 1 mW |
Divergentie van laserstraal | < 1,5 mrad (volledige hoek) |
Automatische uitschakeling na ca. | |
| 20 s |
| 5 min |
| 3 min |
Batterijen | 3 × 1,5 V LR03 (AAA) |
Gewicht volgens EPTA-Procedure 01:2014 | 0,13 kg |
Afmetingen | 115 × 50 × 23 mm |
Levensduur batterij ca. | |
| 10000 |
| 2,5 h |
Hellingmeting | |
Meetbereik | 0°−360° (4 × 90°) |
MeetnauwkeurigheidF)G) | ±0,2° |
Kleinste aanduidingseenheid | 0,1° |
Gegevensoverdracht | |
Bluetooth® | Bluetooth® 4.2 |
Gebruiksfrequentiebereik | 2402–2480 MHz |
Max. zendvermogen | 2,5 mW |
- A)
Bij meting vanaf voorkant. Bij ongunstige omstandigheden zoals bijv. zeer sterke verlichting, sterk van 25 °C afwijkende temperatuur of een slecht reflecterend oppervlak kan het meetbereik beperkt zijn.
- B)
Bij ongunstige omstandigheden zoals bijv. sterke verlichting, grote hoogtes of slecht reflecterend oppervlak kan de maximale afwijking ±4 mm met een afwijking van ±0,15 mm/m bedragen. Bij gunstige omstandigheden moet rekening worden gehouden met een afwijking van ±0,05 mm/m.
- C)
In de functie permanente meting bedraagt de max. gebruikstemperatuur +40 °C.
- D)
Er ontstaat slechts een niet geleidende vervuiling, waarbij echter soms een tijdelijke geleidbaarheid wort verwacht door bedauwing.
- E)
Bluetooth® gedeactiveerd
- F)
Bij een gebruikstemperatuur van 25 °C
- G)
Na de kalibrering door de gebruiker bij 0° en 90°; er moet rekening worden gehouden met een extra hellingfout van ±0,01°/graad tot 45° (max.). Als referentievlak voor de hellingmeting dient de linkerkant van het meetgereedschap.
- H)
Bij Bluetooth® Low-Energy-toestellen kan afhankelijk van model en besturingssysteem het opbouwen van een verbinding niet mogelijk zijn. Bluetooth® toestellen moeten het GATT-profiel ondersteunen.
Het serienummer (6) op het typeplaatje dient voor een duidelijke identificatie van uw meetgereedschap.