Bosch Global
Gereedschappen voor Huis & Tuin

Struiken planten en snoeien

Struiken snoeien
Struiken hebben regelmatig een snoeibeurt nodig om ervoor te zorgen dat ze er verzorgd uitzien en zich goed ontwikkelen.

Wanneer moet je struiken planten?

U struiken als potplanten en als kluitplanten, zowel met een kluit als met onbedekte wortels kopen. Potplanten kunnen het hele jaar door geplant worden, maar de beste tijd ervoor is de herfst. Hetzelfde geldt voor de andere twee varianten.

Plant daarom na de zomer. In de herfst hebben de planten weinig water nodig. Het regent ook vaker in de herfst, zodat u minder water hoeft te geven. Tegen het voorjaar zijn de planten goed gesetteld en kunnen ze meteen beginnen te groeien als het buiten weer warmer wordt.

Uitzonderingen hierop zijn enkele bomen en groenblijvende planten die gevoelig zijn voor vorst. Plant deze in het voorjaar in de tuin. Dan hebben ze tot de winter genoeg tijd om te groeien.

Hoe moet je struiken planten?

Seringen in de tuin
Seringen hebben veel zon nodig om goed te gedijen. Kies de locatie die bij hen past. ©iStock/vav63

e vraag naar de ideale locatie voor struiken kan niet algemeen worden beantwoord. Elke struik stelt andere eisen aan de bodem en het zonlicht. Houd je daaraan en je struiken zullen overvloedig groeien en gedijen.

Zomerseringen hebben bijvoorbeeld blootstelling aan zonlicht nodig. Rododendrons hebben ​​het liefst een beetje schaduw. Denk er bij het kiezen van een plantlocatie ook aan dat de struiken nog groeien. Plan daarom aan alle kanten genoeg plaats in, anders wordt het later krap.

Als de struiken als privacyscherm of haag dienen, plaats de planten dan zo dicht bij elkaar dat ze snel in elkaar groeien. Afhankelijk van het type struik zijn er meestal drie tot vier struiken per meter.

Stap voor stap struiken planten

Er zijn een paar tips en trucs bij het planten van struiken. Hier is een stapsgewijze handleiding over hoe je alles goed kunt doen.

1. Plantkuil graven

Graaf een kuil die minimaal twee keer zo groot is als de kluit van je struik. Zo hebben de wortels genoeg plaats.

Plantkuil graven
De plantkuil voor de struik moet minimaal twee keer zo groot zijn als de wortelkluit. ©MSG/Martin Staffler

2. De geperforeerde bodem losmaken

Maak vervolgens de onderkant van de plantkuil een beetje los. Het is gemakkelijk te doen met een schop of graafvork. Zo kunnen de wortels gemakkelijker de aarde binnendringen

3. Drainage aanleggen

Het losmaken beschreven in stap 2 is vooral belangrijk voor verdichte bodems. Anders kan het water in de plantkuil nauwelijks weglopen. Er ontstaat verzadiging die de struiken kan beschadigen.

Als de bodem in je tuin erg leemhoudend of dicht is, voeg dan een laag grind of kleigranulaat toe aan de plantkuil. Zo ontstaat er een drainage en staat je struik niet in het nat.

4. Verpotten

Verwijder vervolgens voorzichtig de pot van de wortelkluit. Vooral lange, sterke wortels die met de pot vergroeid zijn, kort je in met de snoeischaar.

Let erop dat je de wortels zo min mogelijk beschadigt. Dit geldt vooral voor waardevolle planten zoals de magnolia. Deze beschikt over een fijn netwerk van haarwortels. Probeer ze niet te kwetsen.

Struik verpotten
Neem de struik voorzichtig uit de pot. Probeer de wortels niet te beschadigen. ©MSG/Martin Staffler

5. Struik planten

Plaats de struik vervolgens in de plantkuil. Draai de plant zodat de mooiste kant in zicht is. De aardkluit moet zo diep staan dat hij gelijk ligt qua hoogte met de omringende aarde.

Plaats een paal in de plantkuil voor grotere struiken. Deze geeft de plant steun bij storm.

6. Aarde opvullen en aanstampen

Meng de uitgegraven aarde met rijpe compost of met potgrond. Hoornkrullen voorzien de struik in het begin ook van waardevolle voedingsstoffen. Hoe je op een eenvoudige manier zelf compost kunt produceren, lees je hier.

In de herfst mag je geen meststoffen op basis van stikstof zoals blauwe korrel meer geven. De planten zouden dan weer opnieuw gaan groeien. Hierdoor worden ze minder winterhard.

Doe de uitgegraven grond vervolgens terug in de plantkuil en trap deze grondig vast.

8. Gieten

Giet je vers geplante struik vervolgens grondig bij. Zo voorzie je hem van water en sluit je ook eventuele openingen tussen de aardkluit en de aarde.

Struik bijgieten
Giet de struik grondig bij. Zo kan hij goed groeien en zich snel prachtig ontwikkelen. ©MSG/Martin Staffler

9. Bodem bedekken

Deze stap is alleen belangrijk voor die struiken die van nature in het kreupelhout van bossen groeien. Hiertoe behoren bijvoorbeeld de rododendron, maar ook de toverhazelaar.

Na het planten deze struiken bedekken met een laagje schorshumus. Hiermee boots je de dikke laag bladeren na die onder de planten in het bos zou liggen.

Struiken snoeien

Als de struiken geplant en goed gegroeid zijn, zullen ze zich snel zo goed ontwikkelen dat je af en toe een snoeischaar of heggenschaar moet gebruiken om de struiken te snoeien.

Hierbij is cruciaal wanneer de struik bloeit, omdat het daarvan afhangt van hoe je hem snoeit. Men onderscheidt:

  • Lentebloeiers
  • Zomerbloeiers

Lentebloeiers snoeien

Struik snoeien
Met een snoeischaar houd je je struiken in vorm. Vertrouw op een kwaliteitsproduct. Hiermee kan je ook dikke takken moeiteloos snoeien.

Lentebloeiers snoei je ongeveer om de drie jaar direct nadat ze bloeien. Ze vormen hun knoppen reeds in de lente op eenjarige of meerjarige scheuten. Als je ze in de herfst wil snoeien, vallen al deze bloemen weg.

Neem bij lentebloeiers de oudste en veelal rotte takken en twijgen weg. Zo ontstaat er plaats voor nieuwe, jonge scheuten. Als deze oude takken al behoorlijk dik zijn, zal een snoerloze snoeischaar met elektrische ondersteuning helpen bij het snoeien. De Easy Prune van Bosch bewijst je hier bijvoorbeeld zeer goede diensten.

Verwijder de oude scheuten volledig of leid ze af naar jongere takken op dezelfde tak. Hiervoor kort je het hout direct boven een sterke nieuwe scheut in.

Lentebloeiers produceren altijd nieuwe jonge scheuten vanuit het midden van de struik. De sterkste daarvan laat je staan. Maar kort ze in op verschillende hoogtes. Dat bevordert de vertakking.

Lentebloeiers verdelen

Je kan de lentebloeiers ook direct na het verwelken verdelen. Zo verklein je de wortelkluit en voorkom je een veroudering van de struik. Hij komt dan opnieuw krachtig uit met tal van bloemen. Pioenen en kerstrozen vormen hierop een uitzondering. Je moet deze planten niet verdelen.

Zomerbloeiers snoeien
Snoei ook regelmatig je zomerbloemen. Met een beetje geluk houdt de bloei langer aan. ©iStock/jfbenning

Zomerbloeiers snoeien

Ook zomerbloeiers moet je regelmatig snoeien. Doe dit zo snel mogelijk bij zacht weer. Dan komen de planten nog een keer opnieuw uit en houdt de bloei langer aan.

Wanneer je een snoeischaar of heggenschaar precies moet gebruiken, is een debat onder experts. In principe kan je deze planten het hele jaar door inkorten. Een snoeibeurt in de winter heeft echter het voordeel dat de plant overzichtelijker is door het ontbreken van bladeren. Als je in de zomer snoeit, genezen de wonden sneller.

Als je de zomerbloeiers reeds in de vroege lente te veel terugsnoeit, vormen ze meestal talloze nieuwe knoppen op de resterende scheutstronken. Daaruit ontstaan vervolgens bloemenscheuten voor de volgende zomer. De bloei zal dan bijzonder uitbundig zijn.

Hoge zomerbloeiers snoeien

De zomerlavendel of de blauwe wijnruit zijn bijvoorbeeld hoge zomerbloeiers. Snoei ze met de snoeischaar of heggenschaar kort. Dikkere takken verwijder je met een zuivere snede, bijvoorbeeld met de heggenschaar EasyHedgeCut 18-45 van Bosch eenvoudig, snel en veilig.

Laat slechts een korte stomp van de lentescheuten achter. Er mogen maximaal twee knoppen blijven staan. Als de struik steeds dichter wordt, neem je individuele zwakke scheuten volledig weg. Doe hetzelfde met de baardbloem, zakbloem, pluimhortensia, struik- of bolhortensia, de haagbeuk en de heemst in de tuin.

Lage zomerbloeiers snoeien

Lage zomerbloeiers snoeien
Lage zomerbloeiers snoei je in de lente kort. Neem dan voldoende takken weg. ©Friedrich Strauss Gartenbildagentur / Garden World Images

Ook lage zomerbloeiers zoals sierheesters moeten in de lente een snoeibeurt krijgen. Ook hier mag veel gesnoeid worden. Zo verschijnen er in de zomer des te meer bloemen.

De scheuten van deze planten zijn erg dun en de afstand tussen de knoppen is klein. Je moet daarom niet te veel aandacht besteden aan de snoeibeurt. Maar snoei vooral de oude takken af. Dit mag gerust tot een handbreedte boven de grond. Dan kan je je verheugen op pure, overvloedige bloei in de zomer.

Vaste planten snoeien voor een tweede bloei

Sommige vaste planten kan je direct na de eerste bloei krachtig snoeien. Dan bloeien ze vaak een tweede keer in hetzelfde jaar. Kort sporenbloem, Jacob's ladder, delphinium en ook steppe salie in tot een handbreedte boven de grond.

Welke struiken mag je niet snoeien?

Door de snoeibeurt van struiken komt de ene of de andere plant pas echt tot leven. Andere struiken moet je daarentegen niet snoeien. Je herkent deze soorten aan het feit dat ze hun bloemen ontwikkelen op eenjarig of meerjarig hout. Ze groeien ook alleen aan de eindknoppen van de takken verder.

Tot deze struiken behoren bijvoorbeeld: Sieresdoorn, rotspeer, kornoelje, lelietje-van-dalenstruik, toverhazelaar, laburnum, magnolia, valse beuk, loquat, klokhazelaar, daphne, spindelstruik, pluimstruik.

Ook alle groenblijvende soorten komen zonder snoeibeurt uit. Ze kunnen het verdragen, maar bloeien niet intenser. Fruitbomen zoals de sierappel mag je alleen uitdunnen als de kroon te dicht wordt.

Struiken in de tuin snoeien
Of een struik moet worden gesnoeid, hangt af van de plantensoort. ©MSG/Martin Staffler
Tip
Struiken planten en snoeien
Om struiken in je tuin te laten gedijen, moet je ze op de juiste manier planten en snoeien. We onthullen wat belangrijk is en welke apparaten je hierbij ondersteunen.